Regie: Neill Blomkamp
Carly heeft zulke nare dingen meegemaakt met haar moeder dat ze daar nog steeds nachtmerries over heeft. Op een dag duikt er een oude vriend op die haar vertelt dat haar moeder in coma ligt, en er een organisatie op zoek is naar Carly om een experiment met haar te doen: haar moeder in haar brein te bezoeken.
Neil Blomkamp, die de film schreef en regisseerde, had bij mij nog een hoop credit door zijn baanbrekende, maatschappijkritische scifi District 9 (2009). In 2013 leverde Blomkamp het eveneens maatschappijkritische Elysium af (met Matt Damon) die helaas minder goed werd ontvangen, net als het wat melige Chappie (2015) over een robot die zelfbewustzijn ontwikkelt (ik vond vooral de acteerkwaliteiten van de leden van Die Antwoord tenenkrommend slecht). Demonic is, na een reeks korte films waarvan het merendeel door hem geschreven is, Blomkamps eerste horrorfilm.
De uitgangspunten – een moeizame moeder-dochterrelatie en door middel van technologie elkaars brein bezoeken – waren veelbelovend. Moeizame moeder-dochterrelaties komen zoveel voor dat er boeken vol over geschreven zijn, en in iemands brein rondneuzen kan schitterende beelden en verhaallijnen opleveren zoals in The Cell (Tarsem Singh, 2000), maar helaas, in Demonic wordt die rijkdom aan mogelijkheden niet benut. De wereld die gecreëerd is voor hun virtuele ontmoetingen is uitermate sober, de paar gesprekken tussen Carly en Angela zijn primitief en de film gaat veel te snel naar de oorzaak van Angela’s killing spree.
Omdat je als kijker nauwelijks iets te weten komt over het leven van hoofdpersoon Carly (Carly Pope) behalve de relatie met haar moeder, is het moeilijk je met haar te identificeren. Dat geldt ook voor personages die later geïntroduceerd worden zoals Martin (Chris William Martin) waarover alleen wordt verteld dat het een vriend uit het verleden is en Sam (Kandyse McClure) die Carly’s beste vriendin is. Je komt er niet achter hoe ze elkaar hebben leren kennen en welke dingen ze delen – dat soort schijnbaar onbelangrijke informatie is noodzakelijk om keuzes en drijfveren te kunnen volgen en je te kunnen verbinden aan het personage. Er wordt wel het een en ander verteld over de wandaden van moeder Angela (Nathalie Boltt), maar dat blijft eendimensionaal. Hoe Angela dat zelf heeft ervaren, hoe hun relatie was voor alles gebeurde, hoe ze zich voelt – we komen er niet achter.
Blomkamps poging om de backstory tijdens de film te onthullen is duidelijk, maar werkt niet. De verhaallijn wordt niet opgebouwd maar maakt hinkstapsprongen: er wordt rust genomen als het niet nodig is, er is vaart als er juist wat meer rust zou moeten zijn en er wordt te snel, en soms te onlogisch, geschakeld tussen gebeurtenissen. Het is letterlijk en figuurlijk al avond terwijl de dag net begonnen is. Het was mooi geweest als Angela en Carly tegen, en met elkaar in onderzoek waren gegaan en de oorzaak pas tegen het eind van de film duidelijk werd, maar helaas. Ik heb nog tot de aftiteling gehoopt op een twist, maar die kwam niet.
Die onrustige verhaallijn en de afstand tot de personages maakt het ook lastig om de acteerkwaliteiten goed in te schatten. Persoonlijk had ik het minst met Carly Pope, die voortdurend mondjes trekt en nergens overtuigt. Ik ben om dezelfde reden ook nergens bang geweest – ok, ik heb bij één scène goed zitten griezelen, maar dat was het dan ook.
Ik vind het jammer, maar Blomkamp is bij mij zijn punten kwijt. Een concept met zoveel potentie zó platslaan is onvergeeflijk.